Rekenen met percentages

Algemeen

De leerlingen leren rekenen met percentages.

Belang

Het is belangrijk om met percentages te kunnen rekenen, omdat je dan precies weet hoeveel je uiteindelijk van iets hebt.

Introductie

De leerlingen vullen de percentage van de spellen aan tot 100%.

Instructie

In deze les worden meerdere strategieën aangeboden om te rekenen met percentage. Gedurende de les kunnen de sommen met deze verschillende strategieën worden opgelost. Laat de leerlingen in deze les telkens bepalen welke manier het beste voor hen werkt. Eerst laat je zien dat je percentages kunt berekenen door te bepalen hoe vaak een aantal in het totaal past. Vervolgens leg je het rekenen met de 1% regel uit. Ook laat je zien hoe je aantallen uitrekent als er een percentage bijkomt of afgaat. Vervolgens leg je uit hoe je het totaal uitrekent wanneer je alleen een deel met het percentage van iets weet. Deze stappen herhaal je voor de abstracte en verhaalsommen. Per context laat je de leerlingen met aantal sommen maken.

Controleer of de leerlingen percentages kunnen berekenen door de volgende vragen te stellen:
- Op welke manieren kun je een percentage berekenen?
- Wat doe je als je alleen het aantal met een percentage weet en je 100% wilt uitrekenen?

Inoefening

In de eerste opgave berekenen de leerlingen het percentage bij een abstracte som en daarna met verhaalsommen.

Afsluiting

Op het bord staan drie oefeningen met elk een andere context: visueel, abstract en verhaal. De leerlingen mogen deze sommen in tweetallen maken.

Aandachtspunten

Mocht het rekenen met percentages nog lastig zijn, dan laat je de leerlingen eerst oefenen met sommen, waarbij ze de aantallen in een totaal kunnen passen. Vervolgens laat je ze sommen maken met het omrekenen met de 1% regel. Gebruik bij al deze vormen visuele ondersteuning, met bijvoorbeeld breukenstrook.

Instructiemateriaal

breukenstroken
breukenbord