Gepast betalen van hele bedragen t/m 1000 euro

Algemeen

Leerlingen kunnen hele geldbedragen met munten en biljetten tot en met 1000 euro gepast betalen.

Belang

Het is belangrijk dat je hele geldbedragen tot en met 1000 euro gepast kunt betalen, zodat je weet welke munten en biljetten je nodig hebt als je iets gaat kopen.

Introductie

De leerlingen proberen binnen de 25 seconden een telrij tot en met 1000 af te maken.

Instructie

Bespreek met de leerlingen het belang van het gepast kunnen betalen van hele geldbedragen met munten en biljetten tot en met 1000 euro. Leg uit hoe je gepast kunt betalen en oefen een aantal bedragen met de leerlingen. Bij gepast betalen maakt het niet uit met welke munten of briefjes het is, zolang het bedrag maar gepast is. Je kunt de leerlingen bakjes met munten en biljetten geven, zodat ze tijdens de les zelf de bedragen op hun tafel kunnen leggen. Leg uit dat je, bij gepast betalen met zo min mogelijk munten, je eerst de grootste munt of biljet kiest die het dichtste bij het bedrag komt. Vervolgens kijk je welke munt of welk biljet daarna het grootste is die je kunt pakken. Bij 251 euro laat je zien dat je eerst een biljet van 200 euro pakt, daarna een biljet van 50 euro en een munt van 1 euro. Tel hardop de munten bij elkaar op. De volgende oefeningen kun je samen met de leerlingen maken.

Om te controleren of leerlingen hele bedragen tot en met 1000 euro gepast kunnen betalen, kun je de volgende vraag stellen:
- Hoe weet je welke munten of biljetten je moet kiezen om een bedrag samen te stellen?

Inoefening

De leerlingen oefenen met het gepast betalen van hele bedragen tot 1000 euro. Eerst oefenen ze gepast betalen, daarna oefenen ze met gepast betalen met zo min mogelijk munten en biljetten.

Afsluiting

Je bespreekt met de leerlingen nog eens dat het belangrijk is om hele geldbedragen tot en met 100 euro gepast te kunnen betalen, omdat je zo weet welke munten of biljetten je nodig hebt als je iets gaat kopen. Als afsluiting laat je de leerlingen duo's maken. Eén leerling noemt een rond getal onder de 1000. De andere leerling legt de juiste munten en biljetten neer. Laat leerlingen oefenen met zowel het gepast betalen als het gepast betalen met zo min mogelijk munten.

Aandachtspunten

Laat leerlingen die moeite hebben met het gepast betalen van hele bedragen tot 1000 euro eerst oefenen met het optellen tot en met 1000. Als dat lukt kun je ze met munten en biljetten ronde bedragen laten leggen. Laat deze leerlingen de munten op tafel leggen om het visueel te maken.

Instructiemateriaal

Bakjes met munten (1 euro en 2 euro) en biljetten (5 euro, 10 euro, 20 euro, 50 euro, 100 euro, 200 euro).