Delen van getallen met een breuk als uitkomst

Algemeen

Leerlingen leren het delen van hele getallen met als uitkomst een breuk.

Belang

Het is belangrijk dat je hele getallen kunt delen met een breuk als uitkomst, omdat je zo bijvoorbeeld kunt uitrekenen hoeveelste deel taart iedereen krijgt.

Introductie

Laat de leerlingen de breuken vereenvoudigen tot een gemengde breuk.

Instructie

Leg kort uit dat een breuk bestaat uit een teller en een noemer. Laat de 3 pizza's zien. Leg uit dat je die over 5 personen gaat verdelen. Als je 1 pizza deelt in 5 stukken, dan zou iedereen 1//5 deel krijgen. Omdat je 3 pizza's hebt, krijgt iedereen 3 keer 1//5 deel pizza. De breuk die hier bij hoort is 3//5. Controleer of de leerlingen de sommen zelfstandig kunnen uitrekenen. Laat nu de som 4 : 10 zien. Als je deelt door tien, dan krijg je dus stukken van 1//10. Vervolgend vermenigvuldig je de breuk met het aantal: 4 × 1//10 = 4//10. Benadruk dat je niet moet vergeten om de helen eruit te halen of de breuk te vereenvoudigen als dit kan. Dus 4//10 wordt dan 2//5. Oefen vervolgens de som 5 : 6 samen met de leerlingen. Controleer of de leerlingen de volgende sommen zelfstandig kunnen uitrekenen. Doorloop samen met de leerlingen de stappen voor het uitrekenen van de verhaalsom. Vervolgens maken de leerlingen twee verhaalsommen zelfstandig.

Controleer of de leerlingen hele getallen kunnen delen met als uitkomst een breuk met de volgende vraag:
- Welke stappen gebruik je voor het delen van hele getallen met als uitkomst een breuk?

Inoefening

De leerlingen oefenen eerst met een opgave met visuele ondersteuning. Bij de volgende opgave krijgen ze de leerlingen alleen de abstracte som. De derde opgave is een verhaalsom.

Afsluiting

Bespreek met de leerlingen het belang van het kunnen delen van hele getallen met als uitkomst een breuk. Als afsluiting laat je de leerlingen twee getallen draaien. Vervolgens delen ze het kleinste getal door het grootste getal.

Aandachtspunten

Leerlingen die moeite hebben met het delen van hele getallen met als uitkomst een breuk, oefenen eerst met het delen door 1. Gebruik de breukencirkel om het visueel te maken, welk stuk iedereen van de taart/pizza krijgt. Vervolgens laat je twee taarten/pizza's zien. Hoeveel keer krijgt iedereen nu een deel van de taarten/pizza's?

Instructiemateriaal

Eventueel een breukenblad en een blad met lege breukencirkels.