Bepalen van een eenvoudig kortingspercentage

Algemeen

Leerlingen kunnen het percentage berekenen bij een eenvoudig deel van het totaalbedrag.

Belang

Bespreek met de leerlingen dat het handig is om percentages met eenvoudige bedragen te kunnen berekenen, zodat je kunt uitrekenen hoeveel procent korting je krijgt.

Introductie

Op het digibord toon je een voorwerp met een prijskaartje. De kassamedewerker geeft aan hoeveel procent korting je krijgt. Laat de leerlingen berekenen hoeveel euro korting je krijgt. Vraag hoe zij dit berekend hebben.

Instructie

Laat de breukenstrook zien. Hoeveel euro korting je krijgt is al gegeven. Leg uit dat je dan kunt uitrekenen hoeveel procent korting dit is. Bereken eerst hoe vaak de € 10 korting in het hele bedrag past. Dit is 4 keer. Daarom is de strook in 4 delen verdeeld. Om te weten hoeveel procent korting bij het bedrag hoort, deel je 100 door 4. Leg uit dat je eenvoudig de korting kunt berekenen als je weet hoe vaak de korting in het hele bedrag past. Laat de voorbeelden met de breukenstroken zien. Daarna oefenen de leerlingen met het berekenen van het percentage met behulp van een breukenstrook. Je kunt het kortingspercentage ook berekenen wanneer je de oude en de nieuwe prijs weet. Bereken eerst hoeveel euro korting je krijgt, vervolgens bereken je hoe vaak dit bedrag in het oude bedrag past en daarna kun je het percentage berekenen. Laat de leerlingen oefenen met het berekenen van het percentage. Daarna leg je uit hoe je een som in verhaalvorm maakt en maken de leerlingen zelf sommen in verhaalvorm.

Om te controleren of leerlingen percentages met eenvoudige bedragen kunnen berekenen, kun je de volgende vragen stellen:
- Hoe bereken je het percentage?
- Hoeveel procent korting krijg je als de korting 2 keer in het hele bedrag past?

Inoefening

De leerlingen oefenen eerst met het berekenen van een percentage met behulp van een visuele ondersteuning. Daarna rekenen ze een kale som uit. Vervolgens oefenen ze met een som in verhaalvorm.

Afsluiting

Je bespreekt met de leerlingen nog eens dat het handig is om het percentage te kunnen berekenen bij een eenvoudig deel van het totaalbedrag, omdat je zo kunt berekenen hoeveel procent korting je krijgt. Controleer of de leerlingen weten hoe ze een percentage kunnen berekenen. Laat hen dit oefenen door een aantal voorwerpen te tonen met een prijskaart en hoeveel euro korting je krijgt. De leerlingen moeten uitrekenen hoeveel procent korting dit is. Sleep de juiste kortingsstickers naar de voorwerpen.

Aandachtspunten

Leerlingen die moeite hebben met het berekenen van percentages met eenvoudige bedragen, oefenen eerst met behulp van een breukenstrook. Zo kunnen ze aflezen hoeveel procent korting het is. Begin met eenvoudige percentages, zoals 50% of 10%. Daarna kunnen ze oefenen door zelf de korting te berekenen en een breukenstrook te kleuren.