Automatiseren van de tafels van 2, 5 en 10

Algemeen

De leerlingen automatiseren de tafels 2, 5 en 10.

Belang

Door te automatiseren weet je steeds sneller welk antwoord er bij de keersom hoort. Dit is belangrijk om grotere sommen te kunnen maken.

Introductie

Klik op de linker draaischijf om het eerste getal van de keersom te bepalen. Gebruik de rechter draaischijf om de tafel te bepalen.

Instructie

Laat de leerlingen eerst de keersom van de tafel van 2 uitrekenen binnen 5 seconden. Vervolgens laat je de leerlingen de keersom in 4 en 3 seconden oplossen. Doe hetzelfde met de keersommen van de tafel van 5 en 10. Laat het stapeltje kaarten zien. Leg uit dat je zo de timer start en het afdekvlak wegsleept om de eerste keersom te laten zien. Laat de leerlingen dan snel het goede antwoord van de som noemen en sleep het kaartje opzij voor de volgende som. Probeer dit binnen de tijd te doen. Vervolgens herhaal je dit nog twee keer, waarbij de tijd elke keer 5 seconden korter is.

Controleer of de leerlingen de tafel 2, 5 en 10 hebben geautomatiseerd, met de volgende vragen:
- Waarom is het belangrijk om de tafels van 2, 5 en 10 te automatiseren?
- Hoeveel is: 5 × 6? En 2 × 9?

Inoefening

In de inoefening oefenen de leerlingen het automatiseren van de tafel van 2, 5 en 10.

Afsluiting

Bespreek nogmaals het belang van het automatiseren van de tafel van 2, 5 en 10. Als afsluiting verdeel je de klas in groepjes van 4 leerlingen. Laat de leerlingen kaartjes maken met de keersommen van de tafel van 2, 5 en 10. Laat ze op de voorkant de keersom opschrijven en op de achterkant de uitkomst. Nu leest één van de leerlingen een kaartje voor. De andere drie leerlingen mogen antwoord geven. Degene die het eerst het goede antwoord zegt, krijgt het kaartje. Nu mag een andere leerling de som voorlezen en geven de andere drie leerlingen weer antwoord. Wie aan het einde de meeste kaartjes heeft wint die ronde.

Aandachtspunten

Geef leerlingen die moeite hebben met het automatiseren van de tafel 2, 5 en 10 een tafelkaart om te oefenen. Laat ze in tweetallen met een klokje tafel voor tafel oefenen met een steeds kortere tijd.

Instructiemateriaal

Voor het spel in de afsluiting: kaartjes, klokjes/zandlopers/wekkertjes.