8.000 scholen gebruiken Gynzy
92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy
1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy
De leerlingen leren de tafel van 11.
Het is belangrijk dat leerlingen de tafel van 11 kunnen zodat ze kunnen uitrekenen hoeveel je hebt als je een aantal keer 11 hebt. Bijvoorbeeld als je 4 bakjes hebt met ieder 11 potloden. Dan heb je 4 keer 11 potloden.
Laat de leerlingen een aantal keersommen van de tafel van 7, 8 en 9 maken.
Leg eerst uit dat een tafelsom een keersom is waarmee je uitrekent dat je een aantal keer iets hebt. Bij de tafel van 11 heb je steeds een aantal keer 11. Leg daarna uit hoe een keersom is opgebouwd met het keerteken en dat het eerste getal aangeeft hoeveel keer je iets hebt en het tweede getal hoeveel het er steeds zijn. Laat alle sommen uit de tafel zien met voorbeelden van het bakje met potloden waarbij in elk bakje 11 potloden zitten en er steeds een bakje bij komt. Oefen daarna met drie voorbeelden welke som er hoort bij een afbeelding, waarbij voorbeelden net als bij de bakjes met potloden gegroepeerd zijn per 11 voorwerpen. Leg daarna uit dat voorwerpen ook in rijen kunnen liggen en je de keersom er dan uit kan halen door te tellen hoeveel er in elke rij liggen en hoeveel rijen je hebt. Bespreek daarna dat je tafelsommen ook kunt doen op de getallenlijn door steeds sprongen van 11 te maken en oefen dit samen. Laat daarna alle abstracte sommen zien van de tafel van 11 en bespreek steeds dat bij elke keer er 11 bij komt. Bespreek vervolgens hoe leerlingen door eerst één som uit te rekenen een andere som uit de tafel uit kunnen rekenen door te dubbelen, halveren, omkeren of door één keer meer of minder te doen. Leg uit dat als er getallen in de som ontbreken ze goed moeten nadenken bij welke tafelsom de uitkomst hoort. Bespreek daarna hoe leerlingen een verhaalsom kunnen oplossen met de tafel van 12 door het stappenplan te doorlopen waarbij leerlingen eerst kijken naar wat er gevraagd wordt, dan de getallen zoeken die nodig zijn, dan de som benoemen en deze tot slot uitrekenen. Oefen dit ook samen met de leerlingen.
Controleer of de leerlingen de tafel van 11 kunnen maken met de vragen:
- Kun jij een voorbeeld noemen van 3 keer 11?
- Wat is meer? 2 keer 11 of 10 keer 11?
- Wat betekent de som 2 x 11?
De leerlingen oefenen eerst een som waarbij ze de getallenlijn kunnen gebruiken. Daarna oefenen de leerlingen een abstracte som. Als laatste kun je met de leerlingen oefenen hoe ze een tafelsom in een verhaalsom kunnen uitrekenen.
Bespreek nogmaals met de leerlingen dat het belangrijk is om de tafel van 11 te kunnen zodat ze kunnen uitrekenen hoeveel je hebt als je een aantal keer 11 hebt. Vraag hoe ze handig tafelsommen kunnen uitrekenen. Oefen daarna de tafel van 11 met een aantal opgaven. Daarna kun je oefenen door in een kring te gaan zitten en een bal te gooien waarbij je een tafelsom uit de tafel van 11 noemt. De leerling die hem vangt noemt het antwoord en gooit hem weer terug. Oefen zo tot alle leerlingen zijn geweest.
Let erop dat leerlingen een goed begrip krijgen van de keersommen door deze visueel te oefenen. Laat leerlingen hier concreet materiaal zoals eieren of blokjes bij gebruiken als zij dit nodig hebben of laat ze de keersommen tekenen op een kladblaadje. Indien leerlingen moeite hebben met de tafel van 11 kun je ze laten oefenen met het tellen in sprongen van 11 en het herhaald optellen.
Een bal voor het spel in de afsluiting en blokjes.
De digitale oplossingen van Gynzy zijn altijd een waardevolle aanvulling voor jouw basisschool. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas.
Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.