8.000 scholen gebruiken Gynzy
92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy
1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy
Je activeert de voorkennis door de leerlingen zo snel mogelijk de deelsommen te laten uitrekenen. Je kunt de antwoorden controleren door op het oogje te klikken.
Welke strategie(ën) heb je gebruikt bij het uitrekenen van deze deelsommen?
Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat je aan de hand van de afmetingen van de tuin kunt uitrekenen welke oppervlakte en omtrek erbij horen.
Herhaal dat een oppervlakte aangeeft hoe groot een gebied is en hoe je de oppervlakte uitrekent.
Leg uit hoe je de oppervlakte van een figuur berekent door het te verdelen in vierkanten of rechthoeken. Bereken per figuur de oppervlakte en tel dit bij elkaar op om achter de oppervlakte van het totale figuur te komen. Bespreek daarbij hoe je weet welke afmetingen bij de vraagtekens horen. Laat de leerlingen hiermee oefenen.
Op welke 2 manieren kun je het bruine figuur verdelen om de oppervlakte te berekenen?
Als je het figuur op een andere manier in rechthoeken en vierkanten verdeelt, zorgt dit dan voor een andere oppervlakte? Waarom wel of niet?
Vervolgens leg je uit hoe je de oppervlakte van een driehoek berekent. Maak eerst van de driehoek een rechthoek. Daar bereken je de oppervlakte van en deze uitkomst deel je door 2. De oppervlakte van een driehoek is namelijk de helft van de oppervlakte van een bijbehorend rechthoek. Laat de leerlingen hiermee oefenen.
Daarna bespreek je wat de omtrek is en leg je uit hoe je de omtrek van een vlak berekent. Tel daarvoor alle zijden van een figuur bij elkaar op. Laat de leerlingen oefenen met het berekenen van de omtrek.
Kun je de omtrek van een vierkant berekenen als je de lengte van slechts 1 zijde weet?
Wat is de omtrek van de keuken en de opslag samen? (26 meter) Hoe heb je dit berekend?
Controleer of de leerlingen begrijpen hoe je de oppervlakte en de omtrek berekent door te vragen welke stappen ze zetten om tot de uitkomsten te komen.
Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les en de taak.
Herhaal eerst wat de oppervlakte en de omtrek zijn. De oppervlakte geeft aan hoe groot een gebied is en de omtrek is de lengte van de rand om zo’n gebied.
Herhaal dat je de oppervlakte berekent door de lengte te vermenigvuldigen met de breedte. Benadruk dat je soms de figuren eerst in vierkanten of rechthoeken moet verdelen om de oppervlakte te kunnen berekenen. Bepaal de oppervlaktes van de losse figuren en tel deze bij elkaar op. De omtrek bereken je door alle zijden bij elkaar op te tellen.
Laat de leerlingen hierna oefenen met het berekenen van de oppervlakte en de omtrek.
Heeft het blauwe of het paarse figuur een grotere oppervlakte? En welk figuur heeft een grotere omtrek?
Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door te vragen hoe ze de omtrek en de oppervlakte berekenen. Daarna laat je de leerlingen in tweetallen de oppervlakte en de omtrek berekenen van de dierenverblijven.
De digitale oplossingen van Gynzy zijn altijd een waardevolle aanvulling voor jouw basisschool. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas.
Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.