Vergelijken en ordenen van kommagetallen met 3 decimalen

Algemeen

Leerlingen leren kommagetallen met 3 decimalen te vergelijken en in de juiste volgorde te zetten en ze weten wanneer een getal meer of minder is.

Belang

Bespreek met de leerlingen waarom het handig is om kommagetallen te kunnen vergelijken en in de juiste volgorde te plaatsen. Geef aan dat je op deze manier komt te weten wat de verzendkosten zijn van het pakketje dat je gaat versturen. De kosten zijn namelijk per gewicht.

Introductie

Op het digibord staat de vraag wat het cijfer waard is met daaronder vier vragen. Cijfer 7 betekent 0,07, cijfer 2 betekent 2 etc. Nadat er antwoord is gegeven op deze vier vragen, vul je de antwoorden in het E,thd-schema in. Vervolgens staan er een aantal producten op het digibord met een prijskaartje. Zet de producten van goedkoop naar duur.

Instructie

Je laat het TE,thd-schema zien en legt aan de hand van een voorbeeld uit dat je dit schema kunt gebruiken om kommagetallen te vergelijken. Door de tientallen, eenheden, tienden, honderdsten en duizendsten met elkaar te vergelijken, kom je erachter welk getal groter of kleiner is. Hierna leg je uit dat je dit schema ook kunt gebruiken om een groepje getallen in de juiste volgorde te zetten van groot naar klein. Laat dit zien met behulp van een voorbeeld. Vervolgens staan er vier stellingen op het digibord en is de vraag of de getallen in de juiste volgorde staan. Dit kan zowel van groot naar klein als andersom zijn. Gum het vakje uit om te zien of het juist is. Daarna volgen een aantal stellingen. Leerlingen kunnen gaan staan als ze denken dat de stelling waar is. Is het niet waar, dan blijven ze zitten.

Controleer of de leerlingen kommagetallen met 3 decimalen kunnen vergelijken en ordenen met de volgende vragen/opdrachten:
- Wanneer is het ene kommagetal meer dan het andere kommagetal?
- Hoe weet je of een kommagetal meer of minder is?
- Hoe weet je wat het kleinste of het grootste kommagetal is?
- Schrijf een kommagetal op minder dan 7,928.
- Schrijf een kommagetal op meer dan 3,150.

Inoefening

De leerlingen oefenen eerst met het bepalen welk van de twee kommagetallen minder is. Daarna wordt er geoefend met het in de juiste volgorde zetten van kommagetallen en oefenen ze welk van de drie kommagetallen het meest is.

Afsluiting

Je bespreekt met de leerlingen nog eens dat het belangrijk is om kommagetallen met elkaar te kunnen vergelijken en in de juiste volgorde te kunnen zetten zodat je weet wat de verzendkosten van een pakket zijn. Controleer of de leerlingen weten dat ze hierbij een TE,thd-schema kunnen gebruiken als hulpmiddel en of ze weten hoe ze dit schema moeten gebruiken. Om na te gaan of de leerlingen de stof hebben begrepen, moeten de getallen op het digibord in de juiste volgorde worden gezet.

Aandachtspunten

Leerlingen die moeite hebben met het vergelijken en ordenen van kommagetallen, kunnen oefenen met behulp van het TE,thd-schema. Door in dit schema de getallen in te vullen en dit met elkaar te vergelijken, kunnen ze zien dat het ene getal meer/minder is dan het andere getal.