8.000 scholen gebruiken Gynzy
92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy
1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy
Je activeert de voorkennis door de digitale tijd aan de juiste analoge klok te koppelen. De tijden staan weergegeven inclusief seconden. Je sleept de digitale tijden in het juiste kader.
Welk cijfer op de digitale klok hoort bij welke wijzer op de analoge klok?
Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat het handig is om het tijdsverschil te kunnen berekenen tot op de seconde nauwkeurig, omdat je dan preciezer de tijd kunt bijhouden.
Herhaal het berekenen van het tijdsverschil tussen 2 digitale tijden. Benoem dat je eerst rekent vanaf de oude tijd naar het hele uur. Je berekent hoeveel minuten erbij komen. Vervolgens bereken je hoeveel minuten het duurt vanaf het hele uur naar de nieuwe tijd. Deze 2 tijden tel je bij elkaar op om het totale tijdsverschil te berekenen. Laat de leerlingen hiermee oefenen. Het berekenen van een nieuwe tijd komt ook aan bod. Met de plus- en minknop is deze klok te bedienen.
Ga hierna in op het berekenen van het tijdsverschil bij klokken met seconden. Leg eerst het tijdsverschil uit op de analoge klokken. Begin met het rekenen van de oude tijd naar een hele minuut. Je rekent uit hoeveel seconden erbij komen. Benadruk hierbij dat zodra de secondewijzer helemaal rond is, je dus 1 minuut verder bent. Vervolgens bereken je hoeveel minuten er nog bijgeteld moeten worden om tot het hele uur te rekenen. Deze 2 tijden samen vormen het tijdsverschil. Laat de leerlingen hiermee oefenen.
Waarom begin je met het berekenen van het verschil in seconden en niet met minuten?
Wat is het grootste tijdsverschil bij dit soort sommen? (59 minuten en 59 seconden) En het kleinste? (1 seconde)
Leg vervolgens het berekenen van het tijdsverschil met seconden bij digitale klokken uit. Vanaf de begintijd reken je eerst naar het juiste aantal seconden, vervolgens naar minuten en uren. Wijs hierbij telkens naar de gekleurde cijfers in de digitale klokken. De seconden, minuten en uren vormen samen het tijdsverschil tussen de 2 digitale tijden. Laat de leerlingen hiermee oefenen. Benadruk dat het soms over de minuut of het uur gaat. Hierdoor is er een minuut of uur minder om op te tellen.
Hoe zie je dat je door een minuut/uur gaat?
Hoeveel seconden zitten er in een uur? (3600)
Controleer of de leerlingen begrijpen hoe ze het tijdsverschil berekenen door te vragen wat er fout gaat. Er is geen rekening gehouden met dat het tijdsverschil zowel door het uur als door de minuut gaat. Laat de leerlingen het juiste tijdsverschil bepalen.
Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les en de taak.
Herhaal het berekenen van het tijdsverschil tot op seconden nauwkeurig. Start met analoge klokken. Herhaal dat eerst de seconden bij de oude tijd geteld moeten worden, daarna de minuten. Benadruk hierbij dat zodra de secondewijzer helemaal rond is, je dus 1 minuut verder bent. Laat de leerlingen hiermee oefenen. Herhaal vervolgens hetzelfde bij digitale klokken. Benoem dat eerst de seconden erbij geteld moeten worden, daarna de minuten en uren. Wijs hierbij naar de gekleurde cijfers in de digitale tijden. Laat de leerlingen hiermee oefenen.
Leg aan een klasgenoot uit welke stappen jij zet om de juiste tijdsduur van de wedstrijd te berekenen.
Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door te vragen wat belangrijk is om te onthouden van het tijdsverschil bij minuut/uuroverschrijding. Daarna berekenen de leerlingen hoeveel tijd de sporters nodig hadden voor het rennen van de marathon door het tijdsverschil te berekenen. Vul eerst samen de starttijd op de digitale klok in.
Gynzy maakt onderwijs makkelijker én leuker. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas.
Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.