8.000 scholen gebruiken Gynzy
92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy
1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy
Je activeert de voorkennis door te oefenen met het tellen met sprongen van 10 en 100 tot en met 1000. Laat de leerlingen om de beurt een getal verder of terugtellen.
Op welk getal kom je uit als je vanaf 130 eerst 2 sprongen van 100 maakt en dan nog 3 sprongen van 10?
Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat je door op te tellen erachter kunt komen hoeveel dieren de 2 dierentuinen bij elkaar hebben.
Leg uit dat je het tiental en honderdtal niet overschrijdt wanneer je bij hetzelfde tiental en honderdtal blijft. Je overschrijdt het tiental wanneer je een sprong van het ene tiental naar het andere tiental maakt, het tiental verandert. Je komt langs een tienvoud. Je overschrijdt het honderdtal wanneer je een sprong van het ene honderdtal naar het andere honderdtal maakt, het honderdtal verandert. Je komt langs een honderdvoud.
Verdeel het getal 462 in honderdtallen, tientallen en eenheden.
Kun je het tiental en het honderdtal beide in 1 som overschrijden?
Je legt uit hoe je getallen optelt via de strategie rijgen op de getallenlijn. Zet het eerste getal vooraan op de getallenlijn. Je splitst het tweede getal in honderdtallen, tientallen en eenheden. Tel daarna deze in sprongen bij het eerste getal op. Splits de tientallen nog een keer, zodat je eerst op de getallenlijn rijgt tot het honderdvoud en daarna verder door het honderdvoud.
Laat de leerlingen vervolgens oefenen met het optellen via rijgen met de getallenlijn.
Bedenk een som waarbij je het honderdtal overschrijdt en een som waarbij je het tiental overschrijdt.
Reken de som 612 + 169 in 3 stappen uit.
Leg uit dat je ook rijgend kunt optellen zonder getallenlijn. Splits het tweede getal ook in honderdtallen, tientallen en eenheden. Tel vervolgens de honderdtallen bij het eerste getal op. Tel daarna de tientallen en als laatste de eenheden bij de uitkomst op.
De tientallen die het honderdtal overschrijden kunnen nog een keer worden gesplitst, zodat je eerst rijgt tot het honderdvoud en daarna verder door het honderdvoud.
Oefen daarna met het rijgend optellen zonder getallenlijn.
Welke som, 386 + 140 of 572 + 219, gaat door het tiental en welke door het honderdtal? Waaraan kun je dat zien?
Bedenk een som die zowel door het tiental als door het honderdtal gaat.
Controleer of de leerlingen begrijpen hoe je kunt optellen via rijgen door te vragen wat er onder de vlekken staat.
Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les en de taak.
Herhaal stap voor stap hoe je optelt via rijgen met de getallenlijn en zonder de getallenlijn. Splits de tientallen nog een keer, zodat je eerst op de getallenlijn rijgt tot het honderdvoud en daarna verder door het honderdvoud. Laat de leerlingen daarna oefenen met het rijgen met en zonder de getallenlijn.
Leg uit hoe je de optelsom uitrekent en of je dit hebt uitgerekend met of zonder een getallenlijn.
Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door te vragen wat het verschil is tussen een som met tientaloverschrijding en een som met honderdtaloverschrijding. Daarna rekenen de leerlingen de optelsommen uit en zoeken ze de uitkomsten. Vervolgens verbinden ze de punten met elkaar. Wanneer de punten zijn verbonden krijgen de leerlingen een ster te zien.
Gynzy maakt onderwijs makkelijker én leuker. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas.
Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.