8.000 scholen gebruiken Gynzy
92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy
1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy
Je activeert de voorkennis door het herkennen van hoeveelheden op dobbelstenen en vingers. Gooi een aantal keer met de dobbelstenen en bepaal hoeveel stippen het zijn. Bepaal vervolgens hoeveel vingers er opgestoken worden.
Hoe tel je handig het aantal vingers?
Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat het herkennen van getallen op het rekenrek handig is om snel te zien hoeveel je in totaal hebt.
Leg uit dat op het rekenrek de rode kralen links en de witte kralen rechts staan. Er zijn 5 rode en 5 witte kralen in één rij. Voordat je gaat rekenen, zet je alle kralen aan de rechterkant. Doe dit voor met een echt rekenrek.
Leg uit dat er ook een rekenrek is met 20 kralen. De bovenste rij en de onderste rij hebben beiden 10 kralen, waarvan 5 rode en 5 witte.
Aan welke kant van het rekenrek staan de kralen die je moet tellen?
Wat is het hoogste getal dat je kunt zetten op beide rekenrekken?
Leg vervolgens uit hoe je het aantal kralen op het rekenrek telt. Leg uit dat je de kralen die aan de linkerkant staan telt. Tel eerst de rode kralen en tel, als er ook witte kralen staan, de witte kralen verder vanaf 5. Benadruk dat het handig is dat je weet dat er 5 rode kralen zijn, zodat je bij de witte kralen verder telt vanaf 5. Er zijn ook rekenrekjes met 2 rijen van 10 kralen. Je telt dan ook alle kralen aan de linkerkant. Tel eerst de bovenste rij en tel daarna verder op de onderste rij. Geef een voorbeeld met een echt rekenrek. Oefen vervolgens met het zetten van getallen op het rekenrek. Laat leerlingen de getallen op een echt rekenrekje tellen en vervolgens op het rekenrek op het digibord.
Hoeveel rode kralen zijn er? Waarom is dat handig om te weten?
Hoeveel kralen heb je als alle rode kralen, op een rekenrek met twee rijen, aan de linkerkant staan?
Oefen verder met het herkennen van getallen op een rekenrek.
Controleer of de leerlingen begrijpen hoe getallen op een rekenrek gezet worden door te vragen aan welke kant de kralen staan die je moet tellen.
Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les en de taak.
Leg uit dat er 2 soorten rekenrekken zijn, één met 1 rij van 10 kralen. In een rij met kralen staan altijd 5 rode en 5 witte kralen. De kralen aan de linkerkant tel je om het getal te bepalen. Leg uit dat er 7 kralen links staan, je telt dit snel met behulp van de 5 rode kralen, dan tel je verder tot 7.
Er is ook een rekenrek met 2 rijen van 10 kralen. Ook nu tel je alle kralen die aan de linkerkant staan. Oefen met het zetten van getallen op het rekenrek. Klik de getallen aan en laat de leerlingen het getal op een echt rekenrekje zetten en tellen. Oefen vervolgens met het rekenrek op het digibord.
Het getal 2 kun je op 2 verschillende manieren zetten op een rekenrek met 2 rijen. Laat dit zien.
Oefen verder het met herkennen van getallen op het rekenrek.
Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door de stelling te beantwoorden. Laat de leerlingen uitleggen waarom het waar of niet waar is. Oefen vervolgens met het herkennen van getallen op het rekenrek. Zet verschillende getallen tot en met 10 op het rekenrek op het digibord en laat de leerlingen de getallen opschrijven.
Gynzy maakt onderwijs makkelijker én leuker. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas.
Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.